|
(667283) de Jong,Ivo - Luteijn,Frits
SNA - van Stigt Thans, 16-01-2016
1.32-28
18-23
Een lastige tegenstander. Dat bleek ook tijdens de halve finales vorig jaar, waarin hij me voor de tiende zet reeds een schijf afhandig wist te maken. Een typische positiespeler. Hij ziet alles qua zetjes, maar is vaak slordig. Toen speelde ik 19-23x23. 2.33-29
23x32
3.37x28
17-22
4.28x17
11x22
5.39-33
13-18
6.44-39
16-21
Dit soort standen is vanuit allerlei openingen mogelijk. Wit heeft de voorzet. Dat is belangrijk in flankspel. Voorts heeft zwart een gaatje op veld 13. Dat is een beetje jammer. De gespeelde zet probeert een overgang naar flankspel. Niet helemaal onterecht weigert wit deze transitie. [ Na 6...19-23
7.35-30
14-19
8.40-35
6-11
9.41-37
11-17
10.50-44
20-25
( Nodig is bv het bescheiden 10...8-13
en wit heeft diverse mogelijkheden. Eerder in de competitie nam een witspeler tegen Geert Prinsen de ruil 30-24. Dat is niet onredelijk, maar een beetje hakkerig.) 11.30-24
19x30
12.35x24
8-13
13.37-32
heeft zwart een groot probleem. Het zetje 13-19
14.24x13
25-30
15.34x25
23x34
16.39x30
22-27
17.13x11
1-6
faalt op 18.32x21!
6x37
19.42x31
] [ De meest gespeelde zet is hier 6...9-13
7.50-44
A) 7...4-9
8.41-37
en de oversteek 16-21!?
9.31-26
21-27
10.37-31
is nogal riskant voor zwart. In tal van varianten spelen de damzetjes naar 4 een rol. B) Een idee is 7...16-21
8.31-26
21-27
9.41-37
(9.35-30)
9...27-31
10.36x27
22x31
met interessant randschijvenspel. ] 7.38-32
[ Interessant is 7.31-26
21-27
8.41-37
19-23
(8...27-31;
8...9-13)
9.35-30
20-25
en er ontstaat een ver familielid van de derde matchpartij Andreiko - Sijbrands. Volgens Sijbrands verdiende de stand van de aanvaller in die positie de voorkeur. Hier staat het echter een beetje anders. ] 7...21-26
8.32-28
26x37
9.28x17
12x21
10.41x32
7-12
Het gaatje op veld 13 blijft een beetje een probleem. [ Na 10...9-13
11.35-30
20-25
12.42-38
heeft wit ook de hergroepering uit de partij. ] [ Met nu of later 10...8-13
kan zwart de oversteek 35-30 tegengaan. Maar eigenlijk wil zwart geen extra stuk op de lange vleugel. ] 11.43-38
1-7
12.49-43
9-13
[ Deze stand is eerder op het bord geweest. Daar deed zwart 12...20-24
13.29x20
15x24
Dat is geen onredelijk plan. De witte korte vleugel is overladen met de formatie 45,40,34. De aanval over veld 29 heeft weinig kans van slagen. Zwart kan aan de eigen korte vleugel langdurig rommelen in het half open klassiek. Wit zou veld 27 graag stevig onder controle hebben. Dat is vermoedelijk echter een illusie. ] 13.35-30
Toch een beetje een verrassing. Andere zetten zijn helemaal geen probleem voor de zwartspeler. 20-25
Zwart besluit af te laten afwikkelen naar een kenmerkende klassieke positie, waarbij de vraag is wat zwaarder weegt t.w. de randschijf of de overladen witte korte vleugel. [ De keuze gaat tussen de partijvoortzetting en 13...4-9
14.30-24
(14.30-25)
14...19x30
15.34x25
met een eveneens nogal strategische positie. De oversteek van schijf 35 naar 25 is goed in bepaalde spelbeelden. Hier is het niet helemaal duidelijk of de oversteek gezien moet worden als iets waarmee succesvol druk kan worden uitgeoefend tegen de zwarte lange vleugel of het verlies van twee tempi. Gantwarg heeft in verwante posities wel eens geadviseerd gewoon 40-35 te spelen. Zoiets kun je echter alleen verwachten bij supergrootmeesters. Anderen gaan automatisch naar 25. ] 14.30-24
19x30
15.29-23
18x29
16.33x35
14-19
17.46-41!?
In deze fase van de strijd lijkt wit niet helemaal wakker. Hij moet het hebben van de opstelling met de taartpunt 28,32,33,37,38,39,42,43,48. Hij heeft maar net genoeg stukken voor deze opstelling. Schijf 50 moet daarbij naar 33. In de partij slaagt zwart erin schijf 50 te 'vangen' en de doorloop naar het centrum ervan te verhinderen. [ Eerst 17.39-33!
10-14
18.50-44!
scheelt een slok op een borrel. ] 17...10-14
18.41-37
12-18
19.50-44
Zoals betoogt is wit niet helemaal wakker. [ Na 19.39-33!
is nauwelijks te verwachten, dat zwart met 15-20
gaat pesten. Wit heeft geen haast. Het moge duidelijk zijn, dat een onvoltooide opstelling met schijf 50 op zijn plek superieur is aan het partijverloop. ( Na 19...7-12
20.36-31
5-10
heeft wit de gewenste opbouw met 21.50-44
Het is daarna nauwelijks voorstelbaar, dat wit niet goed zou staan.) ] 19...15-20
Pesten !! 20.36-31
7-12!
Vanzelfsprekend speelt zwart schijf 21 alleen naar de rand als hij ertoe gedwongen wordt. [ Na 20...21-26
21.32-28
5-10
22.37-32
26x37
23.42x31
heeft wit vier tempi gepakt. Het gaat een beetje ten koste van de ideale taartpunt. Maar je kunt nu eenmaal niet alles hebben. ] 21.31-27!
Gespeeld na lang nadenken. In de komende fase speelt de witspeler m.i. voortreffelijk. Het dwingt schijf 21 naar de rand. In deze positie is het oplossen van schijf 16 nogal betrekkelijk. Het is alleen goed als het resulteert in serieuze druk tegen schijf 27. [ Na 21.32-28
6-11
gaat zwart helemaal niet meer naar 26. De blokkade 16,21 is belangrijker. ] 21...21-26
22.32-28
5-10
23.47-41
Beide spelers hebben aan de komende tien zetten meer dan een uur besteed. We zaten daarna in onze laatste vrije twintig minuten. Zowel in eigen tijd als van de tegenstander heb ik mij zitten afvragen wat er zoal mogelijk is. De hoeveelheid mogelijkheden is zo enorm, dat niet meer dan 80% ervan zelfs maar vluchtig bekeken kon worden. [ Op diverse momenten kan wit 23.38-33
spelen. Zwart staat dan voor de vraag of hij de hergroepering 27-22 en 28-23 gaat toelaten en of dat erg is... Mijn conclusie was dat ik hem zou moeten toelaten. De overladen witte korte vleugel blijft dan overladen en het centrum is weg. Vermoedelijk heeft wit daarna wel de tijd voor 39-33 en 44-39. Interessante mogelijkheden zijn 19-24
( Gekeken werd nu en op andere momenten naar de gevolgen van 23...18-23
24.37-32
12-18
Wit kan proberen veld 26 onder controle te brengen. Echter ook simplistische ruilen als 34-29 of 34-30 geven hem een aanvaardbare klassieke stelling.) 24.42-38
2-7
25.47-42
( De afwikkeling naar randschijvenspel met 25.35-30
24x35
26.28-23
18x29
27.33x15
kan het haast niet zijn voor wit. De eigen korte vleugel is gewoon te krom opgesteld.) 25...7-11
26.37-31
26x37
27.42x31
en wit wint vermoedelijk het gevecht aan deze kant van het bord. Een hekstellingformatie is alleen goed als je aan de andere kant wat te vertellen hebt. ] 23...2-7
[ Erg goed voor wit is 23...18-23
24.37-32!
(24.27-22?)
24...12-18
25.41-36
10-15
26.36-31
26x37
27.42x31
met vrijheid aan de lange vleugel. Vanzelfsprekend zal hij daarna ook op enig moment de hangende schijf 44 oplossen. ] 24.37-32
7-11!?
Zwart gaat een beetje in de talrijke mogelijkheden ten onder. [ Hij wil graag schijf 44 gevangen houden. Na 24...4-9
25.39-33
heeft wit meerdere goede opbouwzetten. Het is niet duidelijk wat zwart daar aan wachtzetten tegenover moet stellen. ] [ Beter is 24...6-11
25.41-37
(25.41-36)
25...3-9
en er moet een lastige beslissing genomen worden. Na 4-9 komt schijf 44 vrij. Op 26.38-33
A) heeft zwart de breekactie 26...19-23
27.28x19
14x23
Maar het moge duidelijk zijn, dat de aanval tegen schijf 27 via 11-17-22 en 12-17-22 een nogal rooskleurige beeld van de wereld vereist. B) Andermaal is een bezwaar van 26...10-15
27.43-38
18-23
de bevrijding 28.37-31
( Echter ook 28.48-43
komt in aanmerking. Bv 4-10
29.34-30
25x34
30.40x18
13x31
31.32-27
31x22
32.28x6
7-11
33.6x17
12x21
is geen feest.) 28...26x37
29.42x31
] [ Een bezwaar van 24...3-9
is op enig moment de ruil 25.34-30
25x34
26.39x30
met een goede tempoklassieke positie voor wit. ] 25.42-37
11-16
Gespeeld na lang nadenken. Wit heeft het zetje 37-31, 27-22x21 34-30x16 in de stand gebracht. Dat is niet echt een ramp. Maar wel een beetje jammer. Het was niet de bedoeling om zo vroeg al een stuk op 16 te zetten. [ Na 25...11-17
spelen er diverse zaken. Een door veel mensen overziene mogelijkheid is 27-22x21. Ook hinderlijk zou 26.28-23
18x29
27.34x23
19x28
28.32x23
kunnen zijn. Het gaat dan om de vraag of er iets inzit na 20-24
gevolgd door 10-15 en 14-20. ] [ Vrijwel onspeelbaar is 25...12-17?
26.28-22
17x28
27.32x12
8x17
28.27-21
] [ Een winstpoging zou 25...3-9
kunnen zijn. Echter na 26.37-31
26x46
27.27-22
18x27
28.32x21
46x23
29.34-30
25x34
30.40x16
heb je vanzelfsprekend schijf 4 liever op 3. ] [ Na 25...4-9
26.39-33
(26.37-31)
26...12-17
27.27-22
18x27
28.32x12
8x17
29.44-39
17-22
30.28x17
11x22
31.37-32
22-27
32.32x21
26x17
ontstaat een onduidelijke positie. Wit lijkt niet echt in moeilijkheden. ] 26.38-33
Wit ziet dat hij voorlopig niet meer de opbouw 39-33 en 44-39 gaat krijgen en kiest voor een redelijk alternatief. 10-15
[ De ruil 26...19-23
27.28x19
14x23
is volgens de computer nog wel een beetje speelbaar. Maar het schema 28.43-38
6-11
(28...12-17
29.33-28)
29.48-43
past daar niet bij. De dreiging 27-22 is nog niet acuut, maar na 4-9
30.34-29
23x34
31.39x30
25x34
32.40x29
is een eventuele mooie tempoklassieke positie voor zwart wel het doosje in verdwenen. ] 27.43-38
20-24
Een beetje uit nood geboren voortzetting. Hij heeft bepaalde verdiensten. [ Via 27...6-11
28.48-43
4-10
29.41-36
3-9
heeft zwart het 'laatste tempo'. Gantwarg zou de witte stand eerder een snoeptrommel noemen. Van alles is speelbaar. Je kunt kijken naar 34-29, 34-30x30, 34-30x29, 35-30, 37-31, 28-22, 28-23, etc. ] 28.34-29!
Dit soort zetten bewijst, dat mijn tegenstander bij tijd en wijlen een echte topspeler is. Als het nodig is vindt hij gewoon de sterkste zet. [ De afwikkeling 28.37-31?
26x46
29.27-22
18x27
30.32x21
16x27
31.48-43
46x23
32.34-29
23x34
33.40x7
8-12
34.7x18
27-31
is erg goed voor zwart. ] [ Na 28.48-43
14-20
29.28-23
( Interessant is 29.34-29
19-23
30.28x30
25x23
met de contouren van een tempoklassieke positie. Wit heeft meer mogelijkheden als hij geen 33-28 speelt. Zwart heeft vermoedelijk weinig te vrezen, wanneer wit 'niets' vindt, dan staat hij erg goed in het tempoklassiek, ondanks de voorzet.) 29...19x28
30.33x22
24-29
31.34x23
18x29
ontstaat een soort dynamisch evenwicht. Beide spelers hebben een zwakte op de kerkhof. ] 28...3-9!?
[ Ik hoopte mijn tegenstander te weerhouden van 34-29 m.b.v. de dreiging 28...26-31?!
29.29x9
31x22
30.28x17
12x21
echter in de partij zag ik af van deze mogelijkheid, vanwege 31.37-31
3x14
32.31-26!?
(32.33-28!)
32...21-27
33.32x21
16x27
34.41-37
6-11
Echter rustig thuis bij de kachel blijkt er niets in te zitten voor wit. A) Bv 35.33-28
11-16!
(35...18-23?
36.38-32
27x38
37.37-31
23x32
38.31-27
32x21
39.26x6)
36.26-21
27-31
37.37x26
16x27
38.28-22
27-31
39.26x37
18x27
40.39-33
(40.37-32
27-31
41.48-42
14-20)
40...8-12
en zwart heeft de strijd aan deze kant van het bord gewonnen. B) De afwikkeling 35.37-32
19-23
( of ook 35...11-16
36.32x21
16x27
37.48-42
19-23
38.42-37
27-31)
36.32x21
23-28
37.33x22
18x16
is vanzelfsprekend geen probleem voor zwart. ] 29.29x20
15x24
30.40-34
4-10
Deze positie is vanzelfsprekend door beide spelers uitvoerig bekeken. Er zijn diverse mogelijkheden. [ Aantrekkelijk oogt 30...18-23
met een dreigende Haarlemmer. A) De computer negeert het zetje met 31.48-43!
A1) Niet goed is 31...16-21
32.27x16
26-31
33.37x26
23-29
34.34x23
6-11
35.16x18
13x22
36.28x17
19x46
37.38-32
46x6
38.33-28
6x33
39.39x28
en wit is links doorheen. A2) Na 31...6-11?
32.44-40!
met dubbele dreiging. Het zetje zit er immers niet meer in. ( of 32.34-30
25x34
33.39x30
met een redelijke klassieke positie. Zwart heeft de voorzet. Schijf 41 is maar een betrekkelijk probleem. Het tempo is belangrijker. Wit heeft nog de coup royal dreiging.) A3) Op 31...4-10
32.44-40
23-29
33.34x23
16-21
34.27x16
26-31
35.37x26
6-11
36.16x18
13x22
37.28x17
19x46
38.40-34
komt de zwarte dam ook niet meer weg en heeft wit vrije doorloop naar een eigen dam. B) In de partij constateerde ik dat 31.41-36?
4-10
32.48-43
ook niets is voor zwart. Er dreigt 44-40 met hel en verdoemenis. De uitbraak 24-30
( Op 32...6-11
33.44-40
24-30
34.35x24
19x30
35.28x19
14x23
36.34-29
23x34
37.40x29
heeft wit een kansrijke aanvalspositie bereikt.) 33.35x24
19x30
34.28x19
14x23
is vermoedelijk ontzettend slecht voor zwart. De computer speelt zonder aarzelen 33-28 en er zit niets in voor zwart. ] 31.48-43
6-11
Deze zet hoopt op de ruil 34-30x30 gevolgd door 11-17-22x21 met acties tegen de witte lange vleugel. [ Het schema 31...10-15
32.34-30
25x34
33.39x30
14-20
34.30-25
9-14
35.43-39
6-11
36.44-40
18-23
37.39-34
is rampzalig voor zwart. ] [ Enige vorm van speelbaarheid heeft 31...14-20
A) De poging een zetje naar 3 eruit te vogelen via 32.34-30!?
25x34
33.39x30
20-25
34.44-40
25x34
35.40x20
10-15!
mislukt. B) Op 32.44-40
10-15
33.28-22!?
( Na 33.41-36
6-11
34.34-29
19-23
35.28x30
25x23
heeft wit een alleszins redelijke half open klassieke positie. In vergelijking met daarstraks heeft zwart geen kroonschijf meer. Nog steeds heeft wit mogelijkheden de aanval te nemen; De kenmerkende manoeuvre 33.28-23
19x28
34.33x22
geeft zwart naast 24-29 ook de hergroepering 12-17x7.) 33...24-30
34.35x24
19x30
heeft zwart geen problemen. ] 32.44-40!
[ Tamelijk rampzalig voor wit is 32.34-30?
25x34
33.39x30
11-17
34.43-39
( of 34.27-21
16x27
35.32x21
18-22)
34...17-22
35.28x17
12x21
36.33-28
26-31
37.37x17
18-22
38.27x18
13x42
] 32...10-15!?
Zwart meent in alle varianten de laatste zet te hebben, maar vergeet goed te kijken naar 28-22. [ Speelbaar is 32...14-20!
33.34-30?
(33.28-22
11-17
34.22x11
16x7;
33.34-29
19-23
34.28x30
25x23
35.35-30
11-17;
33.41-36
10-15)
33...25x34
34.39x30
11-17!
35.30-25?
A) Vanzelfsprekend helemaal niet gezien tijdens de partij is 35...17-22!!
36.25x5
(36.25x3
22x42
37.38x47
24-29
38.33x24
19x30
39.35x24
18-23
40.28x19
12-17
41.3x21
16x49
42.19x8
49x2)
36...22x42
37.5x23
18x29
38.38x47
29x49
met vernietiging. B) Het verloop 35...9-14
36.27-21
(36.40-34
10-15
37.34-29
17-22
38.28x17
12x21)
36...16x27
37.32x21
10-15
38.41-36
18-22
39.28-23
19x48
40.38-32
48x31
41.36x7
is het niet helemaal voor zwart. ] 33.34-29!
14-20*
[ De truc 33...25-30!?
34.29x20
15x24
is maar een zet leuk. Na 35.41-36
staat zwart met lege handen. ] 34.28-22!
9-14*
[ 34...11-17??
35.22x11
16x7
36.27-22
18x27
37.32x21
26x17
38.29-23
19x28
39.33x2
] 35.41-36
19-23!
De enige zet met enige vorm van verdediging. 36.36-31*
23x34
37.39x10
15x4
38.35-30?!
Wit heeft hier een groot aantal mogelijkheden. Op de toptraining leren we dat we in zo'n stand alles moeten bekijken en de klok tenminste nog kwartier moeten laten doorlopen. Het rantsoen van een zet per minuut moet het de rest van de partij dan maar doen... De juiste zet op dit moment maakt het verschil tussen winst en remise. Na deze zet moet zwart een stuk extra in de doorbraak steken. Echter de vangstellingen zijn eruit. Volgens Flits en Kingsrow is het wel de beste... [ Een andere een beetje slome mogelijkheid is 38.43-39!?
4-9
39.39-34
(39.32-28?
16-21
40.27x7
18x36
41.7x18
13x22
42.28x17
8-12
43.17x8
9-13
44.8x19
20-24
45.19x30
25x41
en zwart wint.) 39...16-21
40.27x7
18x36
41.7x18
13x22
en wit zou gemakkelijk winnen als hij een paar zetten zou mogen passen. ] [ Een interessante zet is 38.32-28
20-24
( De afwikkeling 38...16-21
39.27x7
18x36
40.7x9
4x13
41.28-22
is overduidelijk te duur. Wit heeft een vangstelling en dreigt er aan de andere kant snel doorheen te piepen. Ook dreigt hij met 38-32-27 de doorbraak definitief te smoren in de finesse 22-18 (13x31) 26x46.) 39.40-34
(39.37-32?
26x37
40.32x41
12-17=)
39...4-9
40.37-32
26x37
41.32x41
12-17=
( of 41...25-30
42.34x25
24-29
43.33x24
16-21
44.27x7
18x27
45.7x18
13x42=)
] 38...25x34
39.40x29
16-21*
40.27x7
18x36
41.7x9
4x13
42.29-23
8-12
[ 42...26-31?
43.37x26
36-41
44.23-18
13x22
45.32-27
22x31
46.26x46
] 43.32-27
20-25!
[ Het aanvankelijk geplande 43...20-24?
44.27-22
26-31
45.37x26
36-41
46.23-19
leek mij bij nader inziens kansloos. Bv 13-18
47.22x13
41-47
48.19x30
47-36
49.13-8
12x3
50.26-21
Kingsrow geeft het 200 punten. Flits blijft een beetje achter. ] 44.27-22
Deze stand is volgens Kingsrow probleemloos remise. Beide computers kijken naar alternatieven voor het gespeelde 27-22, zoals 38-32, 45-40 en 43-39. [ Bv 44.38-32
26-31
45.37x26
13-18
gevolgd door 36-41-47 o.d. ] [ Of 44.43-39
26-31
45.37x26
13-18
met ongeveer hetzelfde probleem. Men zie 46.23-19
36-41
47.19-14
41-46
48.14-9
46-32
] 44...26-31
45.37x26
36-41
46.38-32!?
Wit speelt nog op een aardige valstrik. [ De afwikkeling naar een vier om twee via 46.22-17
12x21
47.26x17
41-46
48.17-11
46x19
49.11-7
19-30
( Kingsrow 49...25-30
50.7-1
30-35
51.1-34
35-40
52.34-39
19-23
53.45x34
23x40)
50.7-2
30x48
51.2x35
(51.2x19
48-34)
51...48-37
resulteert in een remise eindspel (Wet van der Wal). Voor de mens zijn dergelijke eindspelen iets lastiger dan voor Kingsrow e.d. (Raadpleeg Kingsrow !!) ] 46...41-47
47.43-38
[ 47.23-19
13x24
48.43-39
47x29
49.39-34
29x40
50.45x34
24-30=
] [ 47.22-17
47x18
48.17x19
18-34=
( of 48...18-9
49.43-39
25-30=)
] 47...25-30
[ 47...47-41
48.22-18
41x39
49.18x9
25-30=
] 48.32-28
[ 48.23-18?
12x23
49.33-28
47x33
50.28x8
33x3
is zelfs gewonnen voor zwart. ] 48...13-18
[ Wit speelt op 48...30-34
49.23-19
13x24
50.38-32
47x29
51.22-18
12x23
52.28x39
Dat is evenwel remise, vanwege 29-24
53.32-27
24-38
54.27-22
38-42
55.22-17
42-48
56.39-33
48-42
57.33-28
42-48
58.28-22
48-39
59.26-21
39-43
60.21-16
43-39
61.16-11
39-30
] [ 48...47-41
49.38-32
13-19
50.23x14
41-47=
] 49.22x13
30-34
50.45-40
34x45
51.13-9
45-50
52.9-4
[ 52.9-3?
50-45!
] 52...12-17
[ 52...47-36
] [ 52...50-39
53.33x44
47x6
54.44-40
12-17
] 1-1
|